Het Pasen van de Heer
breekt alle grenzen open.
De onderwereld,
de eeuwige lockdown,
zag zijn binnengrendels
openspringen en nu door Hemelvaart
ligt ook de poort naar boven open.
Grendelloze wijdte
gevierd tijdens lockdown
God en wereld
ooit gescheiden
nu geschouwd als een,
toekomst wenkend
in een heden van afstand.
Wijd wordt het gedoopte hart.
Het loopt het paradijs weer in en uit,
vangt nu reeds op
het licht vanaf de overzij.
Waren wij die wijdte niet verloren
reeds lang voor de lockdown?
Hadden wij onszelf niet opgesloten
in onze toren
van grenzen en hoogmoed,
een berekenend leven
van de wieg tot het graf.
Ja, tot het graf,
De dood als ultieme grens.
Een stervende wereld.
Dat was het dan.
Het klooster is altijd in quarantaine
met zijn muren en zijn slot
zijn Regel en arm leven
zijn eenzaamheid.
Daar wordt de strijd gestreden
van Jezus
om met Hem
de angst
de demon van het ik
de dood te overwinnen.
Want Hij is zoveel wijder.
Geen mens zit niet in quarantaine
van tijd en ruimte
ook buiten de lockdown.
Zijn grens moet overschreden
de vrijheid moet beleefd.
Maar niet alleen
niet voor mijzelf
rekenend, alles in de greep.
Vier dan in iedere lockdown
het feest van Hemelvaart.
Gemeenschap zonder scheiding
zo wijd.
In een gesloten schoot
als Enig Vrije opgesloten
leidt Hij de mens
door de nauwe dood
het goddelijke Leven binnen.
Vang die Wind
die niet van hier
te zien is noch te grijpen
deuren en ramen open stoot
zolang je nog
in quarantaine bent
geef je over
de grenzen voorbij
jij wordt als Hij
zo wijd.
zr. Hildegard Koetsveld osb
Mei 2020