We kijken met genoegen en dankbaarheid terug op de mooie zondagmiddag van Open Monumentendag, gewijd aan Kant Kunst. Fijn dat zoveel mensen met ons hebben genoten van de prachtige antieke kanten die zich in onze ‘schatkamer’ bleken te bevinden. En dankzij de inzet en medewerking van de leden van de LOKK en de kantkloskring ’t Molenwiekje kon er ook aandacht worden besteed aan hedendaags kantwerk.
De opdrachtjes die zuster Simone bedacht had bleken voor de meeste bezoekers te ingewikkeld. Des te meer waardeert ze het feit dat enkelen de moeite hebben genomen op zoek te gaan naar de antwoorden. Het is goed gelukt!
Vragen die niet bij iedereen zijn gelukt:
Duchessekant dankt haar naam aan hertogin Henriette.
De mutsenslip werd volgens mw. Krijgsman met 400 à 500 klossen gemaakt.
Een fraaie zakdoek kon worden gebruikt om de aandacht van een aardige meneer of jongeman te trekken.
De Brabantse muts was van geborduurde tule.
Het oudste en meest kostbare stuk zou naar huidige maatstaven 10.000 tot 12.500 Euro moeten opbrengen. 800 tot 1000 werkuren. Iemand wist later te vertellen dat er misschien nog wel het dubbele aantal uren aan zou kunnen zijn gewerkt!
De vraag naar de Carrickmacross bleek ook een moeilijke. Mw. Krijgsman vertelde dat de moesseline figuurtjes er soms op werden geplakt in plaats van ze vast te naaien. Goed om te weten als je deze kant wilt gaan wassen!
Van de tien ingevulde lijsten hadden negen mensen een ruime voldoende. Daaruit is bij loting Marianne Schrouwen uit Oud-Alblas als winnares uit de bus gekomen. Wilma Martens had met zestien goede antwoorden de hoogste score en krijgt daarvoor ook een prijs. Zij beiden krijgen twee handgesneden klossen toegestuurd.